Nabeschouwing | Consequenties lijken onvermijdelijk na echec in Den Haag

Van de Roda JC Ring te Kerkrade tot het Haags Kwartier in Den Haag. Een flinke rit, op zondag 2 april 2017 gemaakt door ongeveer zeshonderd mensen. Zij keerden ’s avonds gedesillusioneerd terug in Limburg, met slechts één vraag in het hoofd: gaat Roda dit nog wel redden?

Het begon voor sommigen al op zaterdagmiddag, maar voor velen op zondagochtend. 232 kilometer rijden, dwars door Limburg, Noord-Brabant en Zuid-Holland, tot aan het legendarische Kyocera Stadion, middenin Den Haag. Een ochtend die wellicht gevuld was met optimisme. In de wedstrijden tegen Groningen en Twente leek er ontwikkeling te zitten in het spel van Roda. En nu: weer twee weken verder, tot op het bot gemotiveerd voor deze degradatiekraker, in een stadion waar in competitieverband al sinds 2004 niet meer was verloren. Alle ingrediënten leken aanwezig voor een feestelijke middag in de Hofstad, want het was ook nog eens lekker weer.

Verdwenen hoop
Die hoop verdween als sneeuw voor de aangename Haagse zon, toen Roda zondagmiddag op de gekortwiekte kunstgrasmat een wanprestatie van de eerste orde neerlegde. Vanaf het eerste tot het laatste fluitsignaal van Dennis Higler heeft het er geen seconde ook maar de schijn van gehad dat Roda geen kansloze nederlaag zou leiden. Binnen de minuut zette Sheraldo Becker, die tot zondag ongeveer drie ballen goed had geraakt dit seizoen, ADO op voorsprong. De prima counter werd ingeleid door kleuterachtig balverlies van Ognjen Gnjatic. Niet zijn eerste grote fout dit seizoen. Hij pakte ook vrij snel geel en werd al na een half uur naar de kant gehaald door Anastasiou.

El Makrini mocht het in zijn plaats proberen en pakte ook onmiddellijk geel. Onbegrijpelijk is het dat El Makrini, die na de winterstop enkele uitstekende wedstrijden heeft gespeeld, niet meteen de voorkeur kreeg boven de vaak schutterende Gnjatic. Maar goed, met een controleur die geel heeft, speel je met een handicap en dus was het middenveld weinig meer waard de rest van de wedstrijd. Van Ajagun en Auassar ging 90 minuten lang immers geen enkele dreiging uit, en dus moest vanaf de rust maar de lange bal gespeeld worden. Toen stond het al 2-0, na een heel ongelukkige handsbal van Chris Kum, die ook een dramatische wedstrijd speelde.

Het werd na de rust pompen of verzuipen met Papazoglou en Schahin in de spits, en dat werd uiteindelijk verzuipen. Met de Griekse boom kwam er meer lengte voorin, maar dat leidde niet tot meer kansen of überhaupt meer gewonnen duels. Eén grote kopkans hielp hij om zeep, en dat was het dan ook wel. De eretreffer kwam van El Makrini, na twee nieuwe tegengoals door matig verdedigend werk. In die verdediging leek de slechte Kum ook zijn maat Ananou naast zich te missen, die geslachtofferd werd voor zijn fouten tegen Twente. Werker haalde weliswaar een voldoende, maar bleek al vaker geen solide duo te vormen met Kum.

Waar gaat het heen?
En dat is dus het Roda van de lente 2017. Kansloos ten onder gaan bij een directe concurrent in de strijd tegen rechtstreekse degradatie. Supporters die na de rust tien minuten binnen blijven, omdat ze het spel van hun ploeg niet aan kunnen zien. Een coach die hopeloos oogt en niets achter de hand heeft behalve een paar standaard-wissels. Anastasiou leek zijn afscheidsrede te houden voor de camera’s na afloop van de wedstrijd. “Als de leiding iets beslist, respecteer ik dat.” De woorden van een scheidend trainer.

Het zou in de lijn passen van de laatste trainers van Roda. Ruud Brood, Jon Dahl Tomasson, René Trost en Darije Kalezic. Alle vier haalden ze het einde van hun contract niet. Donderdag is het precies twee jaar geleden dat Trost opstapte. Toen waren er nog vijf wedstrijden te spelen tot de play-offs en kreeg het vertrek het gewenste effect. Moet nu, met nog zes wedstrijden te gaan, Rick Plum weer naar voren worden geschoven? Of moet er een overlevingsmanager komen – een degradatievoetbaldeskundige? Er is geen enkele reden om aan te nemen dat het vanaf dan beter zal gaan, maar slechter lijkt het in ieder geval niet te kunnen.

Dat er iets zal moeten gebeuren is duidelijk. Het falende technische beleid van de afgelopen twee jaar zal daarbij niet buiten beeld mogen blijven.