Grootverdiener Van den Bunder verliest: wat valt er op in de uitspraak?

Vanmiddag werd in de Rechtbank Maastricht bij zitting bepaald dat Marcel van den Bunder niet nog pakweg 400.000 euro tegoed heeft van Roda JC. Een forse meevaller voor de club, maar de uitspraak bracht nog enkele andere opvallende zaken aan het licht. Roda JC Live geeft u een kort overzicht van de meest opvallende notities in het vonnis.

Grootverdiener
Van den Bunder blijkt namelijk vanaf zijn aanstelling in 2010 een ware grootverdiener te zijn geweest met een brutosalaris van € 130.000,-. Dat werd, toen hij eenmaal algemeen directeur werd in 2011 zelfs € 192.500,- per jaar. Daarbij kwam ook nog eens “8% vakantiebijslag, bonus, premie ingeval van realiseren structurele categorie 2 of 3 Financial Rating System KNVB, onkostenvergoeding, leaseauto die tevens privé mocht worden gebruikt en deelname aan een collectieve pensioenregeling“. Een hele rits, waarbij vooral de bonus en de premie in het geval van de realisatie van Categorie II of III in het oog springen. Onder Van den Bunder’s bewind heeft Roda een flinke tijd in Categorie II gezeten, dus die premie is er wel degelijk gekomen. Het is helaas niet bekend hoe hoog de voornoemde bedragen waren, maar het lijkt zeker dat Van den Bunder’s uiteindelijke brutoloon ruim boven de 200 duizend euro uitkwam.

Dat salaris is na zijn ontslag ook nog wel een tijdje doorbetaald. Aangezien er een opzegtermijn was van zes maanden en de officiële opzegging pas op 31 juli 2014 geschiedde, diende Roda het salaris van Van den Bunder nog door te betalen tot aan 1 februari 2015. Dat betekent dat Van den Bunder na zijn ontslag nog een slordige negen maanden lang salaris heeft ontvangen, hetgeen waarschijnlijk neerkomt op een bedrag van rond de € 175.000,-.

Medewerkers(on)tevredenheidsonderzoek
U zult allen het medewerkerstevredenheidsonderzoek rondom Van den Bunder nog kunnen herinneren. Na dat onderzoek mocht Van den Bunder aanblijven en tegenover de media vertelde hij dat hij nog steeds vertrouwen genoot binnen de club. Uit mailverkeer blijkt dat anders te zijn geweest: “(…) is de kritiek op mij de laatste weken verder toegenomen. Ik merk dat het vertrouwen, dat twee maanden geleden nog werd uitgesproken in mij, inmiddels serieuze deuken heeft opgelopen binnen de verschillende geledingen in de top van de organisatie. Hierdoor is een vervelende situatie ontstaan. (…) De conclusie, na een vervolgafspraak op vrijdag 18 april, was dat de huidige situatie geen goede basis is om met elkaar verder te gaan.” Desondanks wilde de Eindhovenaar toen nog niet zijn contract opzeggen.

Vrij snel na de degradatie werd hem bekend gemaakt dat hij niet de geschikte persoon was om Roda door het proces te leiden en daarop meldde Van den Bunder zich ziek. Toen volgde er een Algemene vergadering van aandeelhouders, waarin Van den Bunder zijn opzeggingsbrief overhandigd kreeg. Daarin werd uitgelegd dat de directie ingekrompen zou moeten worden tot een algemeen/financieel directeur, en een technisch manager. Van den Bunder zou beide functies niet kunnen invullen, aangezien hij zowel financieel als technisch niet begaafd genoeg was. Dat werd hem netjes uitgelegd, maar deze passage valt op, aangezien daarin de ware aard van zijn handelen van binnen de club naar boven komt:

In de afgelopen maanden is eens temeer gebleken dat u in onvoldoende mate kan rekenen op het benodigde draagvlak bij o.a. medewerkers, (potentiële) sponsoren, suppoorters en de RvC. Dit dient in grote mate te worden toegeschreven aan uw vaak onhandige, hoekige en soms zelf schofferende wijze van opereren, alsmede aan de geruchten die in toenemende mate rondom uw persoon zijn ontstaan (zoals gebrek aan moraal). Een en ander is onder meer geconstateerd in het kader van het onderzoek dat de RvC enkele maanden geleden heeft laten uitvoeren naar het draagvlak voor u. Naar aanleiding van de resultaten van dit onderzoek is er door de RvC intern de nodige kritiek op u uitgeoefend, maar is wel besloten dat u – onder voorwaarden – vooralsnog kon aanblijven. Desondanks heeft u geen althans onvoldoende verbetering getoond (…).

Wederom een flink stuk, waarin vooral opvalt dat het medewerkerstevredenheidsonderzoek absoluut geen positief beeld vormde van het functioneren van Van den Bunder. Daaraan droeg zijn “schofferende wijze van opereren” ongetwijfeld bij. Ook was niet bekend dat zijn aanblijven destijds ‘onder voorwaarden’ was.

De eis en het waarom niet
De ex-directeur eiste uiteindelijk bruto ruim 400.000 euro van de Kerkraadse club, opgesplitst in schadevergoeding, openstaande vakantiedagen, bijstandskosten en de kosten van de rechtszaak. Daarvan werd alleen het bedrag rondom de openstaande vakantiedagen toegewezen, wat neerkwam op bijna 40.000 euro. Een klein deel van het geheel.

Van den Bunder kreeg de schadevergoeding niet toegewezen, vanwege gebrekkige argumentatie. Het mocht volgens de Rechtbank niet als een verrassing komen voor hem, aangezien hij wist wat de gevolgen zouden zijn van een degradatie en dat zijn salaris zeker niet meer houdbaar zou zijn. Bovendien werd de vertrouwensbreuk al vaker aangehaald en mocht het dan ook niet verrassend zijn dat de beleidsman de deur gewezen werd, gezien zijn verhouding met de rest van het personeel van de club. De keuze om de directie te verkleinen was “zeer goed verdedigbaar” en Roda mag haar eigen organisatie invullen, zoals zij dat goed lijkt te zijn. De uitspraak van Van den Bunder dat het niet ging om zijn kwaliteiten, maar dat er gewoon een kop moest rollen na de degradatie, is daarmee niet bewezen. Bovendien heeft Roda zich volgens de rechtbank gedragen als een goed werkgever, en is daarmee geen enkele schadevergoeding noodzakelijk, buiten hetgene wat in zijn arbeidsovereenkomst vermeld stond. Dat zijn dus de net genoemd vakantiedagen.

 

Comments (14)

  1. Anoniem

    Mooi stuk jongens!

Comments are closed.